Landelijk praktijkexperiment Buurtpedagogiek

Op een aantal plekken in Nederland experimenteren wij al meerdere jaren met een buurtpedagogisch invalshoek van welzijnswerk. Deze innovatieve praktijk wordt gevolgd door onderzoek naar methodiek en effecten. Over het verloop en de opbrengsten van dit praktijkexperiment verschijnt in 2022 een inzichtelijke publicatie. Ondertussen zijn wij bezig met het regelen van een tweede seriepilotlocaties. Mocht daar belangstelling voor zijn, neemt dan contact op voor een oriënterend gesprek.

Buurtpedagogische benadering

Wat houdt deze buurtpedagogische benadering in? De kern is dat bewoners en professionals in een buurt of dorp met elkaar een krachtige en leefbare sociale omgeving scheppen waarin jeugd positief kan opgroeien.

Opvoeden van jeugd is steeds meer een individuele aangelegenheid geworden. Anders dan vroeger zijn gezinnen en andere huishoudens minder lokaal sociaal ingebed via bijvoorbeeld contacten met buren en deelname aan plaatselijke vrijwilligersorganisaties. Daardoor kunnen zij ook minder rekenen op medewerking van sociale netwerken uit de woonomgeving en staan zij er met het grootbrengen van hun kinderen meer alleen voor. Met name in woongebieden, maar ook bepaalde subculturen, waar sprake is van riskant onmaatschappelijk gedrag kan dat nare gevolgen opleveren voor opgroeiende jeugd. Dat geldt in het bijzonder voor jongeren die na de veilige basisschool de grotere wereld ingaan van voortgezet onderwijs, verder doorleren en uitgaan. Zij kunnen gewild of ongewild in aanraking komen met zaken als verveeld rondhangen op straat, jeugdoverlast, niet respectvolle omgangsvormen tussen jongeren zoals pesten in de klas of online en seksueel intimiderend gedrag, drug- en alcoholgebruik, jeugdcriminaliteit of andere nare verschijnselen. Individuele opvoeders hebben weinig greep op dit sociale gebeuren buitenshuis. Je kunt een zoon of dochter daar hooguit zo goed mogelijk tegen wapenen met goede adviezen en waarschuwingen. In collectief verband kan de pedagogische invloed van ouders groter zijn.

Onze veronderstelling is dat het opgroeien van jeugd beter verloopt wanneer er tussen ouders, bewoners en professionals van allerlei voorzieningen enige vorm van onderlinge betrokkenheid op buurt-of dorpsniveau is geregeld. Dat stelt hen in staat gezamenlijk in actie te komen wanneer dat nodig of gewenst is. De kunst is zodanig te investeren in de totstandkoming en het onderhoud van lokale sociale verbanden dat er op het kleinschalige niveau van een buurt of dorp slimme vormen samenwerking kunnen ontstaan tussen ouders, jeugd, andere bewoners en professionals van allerlei maatschappelijke voorzieningen zoals vrijwilligerswerk, welzijn, politie, zorg, onderwijs en ongetwijfeld ook nog vele andere maatschappelijke functies.

Goed om te weten is dat er veel samenhang bestaat tussen maatschappelijke jeugdvraagstukken en leefbaarheidsproblemen op lokaal niveau. Zeker in groepsverband kunnen jongeren die niet goed bezig zijn met hun dagelijkse leven en hun toekomst, een negatieve stempel drukken op het leefklimaat in een woonomgeving. Door een gecombineerde aanpak van leefbaarheden positief opgroeien van jeugd zijn de verschillende categorieën en leeftijdsgroepen van bewoners te verenigen in een meer gezamenlijk en meer invloedrijke buurtpedagogische benadering. Eendracht maakt macht, is een toverformule die ook in pedagogisch opzicht goed uitwerkt voor opgroeiende jeugd. Door vanuit gezamenlijkheid jeugd in de woonomgeving aantrekkelijke activiteiten aan te bieden kunnen zij zich beter ontwikkelen en wordt tegenmacht geboden aan negatieve invloeden.

Uitvoeringsprogramma

Voor het op gang brengen en doorzetten van zo’n buurtpedagogische benadering is inmiddels een uitgewerkt programma ontwikkeld. In grote lijnen bestaat dit programma uit de volgende onderdelen en fasen:

  1. Verkenning
    Er wordt een verkenning uitgevoerd van de sociale infrastructuur in een woonomgeving en de aanknopingspunten voor een lokaal buurtpedagogisch programma. ‍

  2. Basisactiviteiten
    Twee basisactiviteiten vormen het kloppende hart van het programma:

    – Praten over omgangsregels ‍
    In dialoogsessies komen betrokken bewoners, jongeren, vrijwilligers en professionals bij elkaar om te praten over hoe zij met elkaar en met de jeugd in de buurt willen omgaan. Doel is om te komen tot een gezamenlijk set omgangsregels en normen en waarden die ook uitgedragen kunnen worden naar de jeugd in de buurt. ‍

    – Organiseren van sociale activiteiten, inclusief training ‍
    Een goede manier om afspraken over omgangsregels in de praktijk te realiseren is het regelen van sociale activiteiten voor de buurt die deze regels weerspiegelen, zoals bijvoorbeeld een jeugdsporttoernooi georganiseerd door de lokale sportclub, een buurtfestival voor iedereen of een inzamelingsactie voor een goed lokaal doel. Realiseren van sociaal bruisende activiteiten voor de buurt vereist behalve overtuigingskracht ook vaardigheden en activiteitenbudget, waarvoor middelen beschikbaar zijn in de vorm van vaardigheidstrainingen en mini budgetten. ‍

  3. Vervolgstappen
    Stap 1: Initiatiefgroep
    Betrokken buurtbewoners en professionals die zich inzetten voorleefbaarheid en voor lokale jeugd, zoals scholen, sport- en andere verenigingen, welzijnswerk en bewonersorganisaties, worden gevraagd in een vroeg stadium hun waardevolle inbreng te leveren. Samenvormen zij een initiatiefgroep die een analyse maakt van leefbaarheids- en jeugdkwesties en mogelijke oplossingen. Vanuit deze initiatiefgroep worden vervolgens andere partijen betrokken, waardoor een steeds breder draagvlak ontstaat voor de buurtpedagogische benadering. Vanuit deze club wordt een aanhoudende reeks vervolgstappen gepland.

    Stap 2: Dialoogsessies over omgangsregels
    De volgende stap is het gezamenlijk formuleren van pedagogische omgangsregels voor de omgang met de jeugd in de buurt of het dorp. In een continue reeks van dialoogsessies gaan bewoners, jongeren, vrijwilligers en professionals hierover met elkaar in gesprek. Tegengestelde opvattingen en knelpunten worden zoveel mogelijk helder benoemd en ter discussie gesteld. Na verloop van tijd groeit een steeds bredere consensus over hoe met jeugd om te gaan.

    Stap 3: Organiseren van sociale activiteiten
    Om de leefbaarheid, sociale cohesie en gezamenlijke aandacht voor jeugd in de woonomgeving te verbeteren worden sociale activiteiten georganiseerd door zowel jonge als volwassenen buurtbewoners. Hiervoor zijn vaardigheidstrainingen en mini-budgetten beschikbaar. Veel voorkomende voorbeelden van deze activiteiten zijn een buurtfeest, een sporttoernooi, een culturele kookmiddag, een spelletjes- of contactbijeenkomst in een woon-zorgcomplex voor senioren.

    Stap 4: Vaardigheidstrainingen
    Er worden twee typen vaardigheidstrainingen aangeboden. Voor jongeren is dat de training Young leaders. In deze training leren zij zich op te stellen als zelfbewuste personen met verantwoordelijkheidsbesef voor hun omgeving. Daarnaast ontwikkelen zij de vaardigheden die nodig om als rolmodel te fungeren in hun buurt, zoals samenwerken, organiseren en presentere voor een publiek. Volwassen buurtbewoners kunnen meedoen aan een cursus communiceren en organiseren. Deze training vindt plaats tijdens de voorbereiding van een sociale activiteit die door bewoners is bedacht. ‍

    Stap 5: Inbedding
    Na verloop van tijd wordt een punt bereikt dat er zich bijna geen nieuwe jongeren en volwassen buurtbewonersmeer aanmelden om mee te doen met het sociaal verlevendigen van de buurt of het dorp. Dan wordt het tijd om de uitvoering van de buurtpedagogische methodiek helemaal toe te vertrouwen aan de versterkte groep van actieve bewoners en professionals. Om dit mogelijk te maken wordt vanaf het eerste uur stevig geïnvesteerd in zowel training en kadervorming van bewoners van alle leeftijden als samenwerking tussen bewonersinitiatieven en professionele voorzieningen.